Eddy Schuyer zag op achtjarige leeftijd een goochelaar in het Flora-theater in Den Haag. Hij dacht toen maar één ding. Dat wil ik ook. Thuisgekomen ging hij direct aan de slag. De goochelaar deed een truc met het knopen en ontknopen van zijden doeken. Hij deed dat thuisgekomen na met zakdoeken en vond zelf de schuifknoop uit.

Je had in die tijd geen studio’s, goochelboeken, lezingen en clubavonden. Hij bedacht zelf methodes om de trucs uit te voeren. Dat kostte veel tijd en inspanning. Maar op zestienjarige leeftijd had hij dan toch zijn eerste betaalde optreden. Hij had de smaak te pakken en is nooit meer opgehouden met goochelen.

Eddy heeft lange tijd bij de Koninklijke Marine gezeten en vertoonde dan aan zijn dienstmaten zijn goocheltrucs. Dat was een prima leerschool, want als het niet goed ging, lieten ze dat direct merken. Hij maakte ook de tweede wereldoorlog mee en zat in 1945 als krijgsgevangene in Duitsland. Dat was een afschuwelijke periode. Maar hij bleef steeds oefenen met goochelen. Terug in Nederland kwam hij weer bij de marine. Maar goochelen was ook zijn lust en leven. En in 1952 trok hij zijn uniform uit en werd beroepsgoochelaar. En dat is hij zijn hele verdere leven gebleven.

Hij had een moeizame leerschool en heeft veel zelf uitgevonden, maar was daardoor wel origineel met een eigen stijl. Dat bleek ook op de congressen waar hij in die tijd aan mee deed. Hij deed mee aan een internationaal goochelcongres in Parijs in 1951 en won daar een tweede prijs in de categorie originaliteit. Hij had een nummer waarbij de effecten op een geheel eigen wijze aan elkaar waren gelijmd.

Ook op Nederlandse congressen is hij succesvol geweest. In 1952 tijdens het NMU congres won hij met een soort raket-tempo-nummer met 15 trucs in 10 minuten de eerste prijs algemeen goochelen. Het was een salvo van wonderen met sigaretten, brandende kaarsen, zeepbellen, vingerhoeden, trucs met vloeistoffen, munten, trucs met vloeistoffen, de doorgeknipte fietsband en het bekerspel in toneeluitvoering.

In 1953 deed hij mee aan het NMU congres in Rotterdam. Hij had het tempo wat vertraagd en daardoor konden de toeschouwers wat meer genieten van zijn uitgebalanceerde nummer met vele goede vondsten en won hij de tweede prijs algemeen goochelen.

 

In 1959 tijdens het NMU congres liet hij zien dat hij ook een goede goochelaar was voor kinderen en won de eerste prijs in de klasse goochelen voor kinderen. En in de klasse algemeen goochelen won hij dit congres samen met zijn vrouw de derde prijs met een act vol nieuwe vondsten, die zich afspeelde in een krantenkiosk.

Er kwamen in die tijd steeds meer goochelaars op de markt. Beroeps en amateurs. De spoeling werd steeds dunner en variététheaters sloten stuk voor stuk hun deuren. Bovendien slonk door de opkomst van de televisie het zogenaamde schnabbelcircuit. Waarom zou je artiesten laten opdraven, als je ze thuis gratis op je tv-scherm kon zien?

Hij verlegde zijn werkterrein en koos ervoor om op te treden in het buitenland. Eerst samen met zijn vrouw Babs. En later kwamen zijn beide dochters Sylvia en Jos de act nog versterken. In totaal hebben ze zeventien jaar lang onafgebroken door Europa getrokken en opgetreden in alle cabarets en nachtclubs.

Ze hadden in die tijd geen woning meer in Nederland en reisden met een dubbele caravan, die van alle gemakken was voorzien. Ze traden op onder de naam van Jacqueline, Eddy & Company. Ze hebben liefst veertien keer opgetreden in het bekende Hansa-Hamburg in Duitsland.

Door het vele optreden in het buitenland leerden zijn beide dochters liefst vlekkeloos zes talen. Sylvia heeft daar nu nog veel profijt van bij de presentaties van o.a. congres-gala’s en wintercircussen. Ze wisselt dan vlot van Engels naar Spaans en van Frans naar Italiaans…

Eddy Schuyer beschikte over een goede gezondheid en kon daardoor lang doorgaan met optreden. Goochelen was zijn lust en zijn leven.
Op 15 mei 1994 kreeg hij de gouden speld van de NMU uitgereikt voor zijn bijzondere verdiensten voor de Nederlandse Goochelkunst.

Minze Dijksma